Wat te doen met je spaargeld? (6 opties op een rij)

Heb je geld gespaard en vraag je je af hoe je hier rendement op kunt behalen? Een spaarrekening of spaardeposito geeft tegenwoordig bijna geen rente meer. Daarnaast kan het vervelend zijn dat de koopkracht en de waarde van je spaargeld minder wordt door inflatie. In dit artikel behandelen we 6 verschillende opties om je spaargeld in te steken.

Waarom zou je je spaargeld aan het werk zetten?

Koopkracht behouden t.o.v. inflatie

Door inflatie worden goederen en diensten in onze samenleving elk jaar duurder. Door je spaargeld in Euro’s aan te houden het is wordt je dus kort gezegd beroofd van je koopkracht. Er zijn verschillende manieren van sparen om je koopkracht te behouden of te vergroten, hierover lees je hieronder meer.

Rendement proberen te behalen

Door je geld te beleggen heb je de mogelijkheid om rendement te behalen. Uiteraard is beleggen niet zonder risico, en dus is een rendement behalen op je investering nooit gegarandeerd. Mocht je risicotolerantie niet zo hoog zijn, dan kun je er ook voor kiezen om je geld vast te zetten in minder risicovolle beleggingen, zoals een spaardeposito of staatsobligaties.

1. Beleggen

Als je wilt sparen kun je kiezen voor een vorm van beleggen. Bij beleggen is het te behalen rendement echter nooit gegarandeerd. Je geld kan dus ook minder waard worden. Maar, de mogelijkheid is er ook dat je geld meer waard wordt en het rendement hoger is dan bij een gewone flexibele spaarrekening, waar je momenteel een heel laag rentepercentage over je geld krijgt.

Door voor een gespreid beleggingsportfolio te kiezen kun je het risico dat je door beleggen loopt verminderen. Interessant om hierbij te vermelden is dat 95% van de actieve beleggers die beleggen in losse aandelen, op lange termijn de index (een mandje van diverse beleggingen) niet kan verslaan. Dit kan één van de redenen zijn om voor minder actief beleggen te kiezen via bijvoorbeeld een beleggingsfonds, waarover je hieronder meer leest.

1.1 Aandelen

Je kunt bijvoorbeeld beleggen in aandelen. Koop je een aandeel van een bedrijf, dan koop je als het ware een stukje van dat bedrijf. Als het goed gaat met dat bedrijf zal je aandeel in waarde stijgen. Gaat het minder goed, dan daalt de waarde van je aandeel. Maar, de koers wordt ook beïnvloed door vraag en aanbod. Veel vraag en weinig aanbod zorgt voor een hoge prijs, en vice versa.

Het is verstandig om je aandelenportfolio te diversificeren. Dit om je risico te spreiden. Als het minder goed gaat met je ene belegging kan dit rechtgetrokken worden door je andere beleggingen die wel goed gaan. Je kan zelf apart aandelen aanschaffen of dit via een beleggingsfonds doen, waarover iets verderop meer.

1.2 Obligaties

Naast het beleggen in aandelen kun je ook beleggen in obligaties. Obligaties zijn een (stukje) lening aan een bedrijf of aan de overheid. Over deze lening ontvang je meestal rente en door te beleggen in obligaties loop je vaak minder risico dan als je belegt in aandelen. Hierdoor ligt het rendement dat je kunt verwachten bij een investering in obligaties ook lager dan als je investeert in aandelen. Ook obligaties kun je zelf aanschaffen of kiezen om dit via een beleggingsfonds te doen.

Zelf aandelen of obligaties kopen? Dan hangt het van de prijs af hoeveel aandelen/obligaties je kunt kopen en vanaf welk bedrag je kunt beginnen.

1.3 ETF’s

Door te beleggen in een Exchange Traded Fund (ETF), ook wel Tracker, kun je op een makkelijke manier gespreid beleggen. In tegenstelling tot een beleggingsfonds volgt een ETF de precieze index, ook wel benchmark genoemd, waarmee je belegt in alle bedrijven in die hele index. Doordat ETF een passief beheerd beleggingsfonds is brengt het lagere kosten met zich mee dan bijvoorbeeld een actief beheerd beleggingsfonds.

Beleggen door middel van ETF’s is redelijk veilig. Dit omdat je gespreid belegt in de gehele index. Daarnaast is het een laagdrempelige manier om te beginnen met beleggen en je vermogen te laten groeien zonder hoge kosten. Ook kan een ETF gedurende de dag verhandeld worden zoals een aandeel. Nadeel is dat je ETF’s niet in delen kunt kopen. Heb je € 100,- om te beleggen en kost een ETF € 75,-? Dan kun je € 25,- nog niet beleggen.

* Een voorbeeld van een EFT is Vanguard FTSE All World, dit is één van de grootste EFT’s en dit fonds probeert de wereldeconomie na te bootsen.

1.4. Indexfondsen

Een indexfonds is een beleggingsfonds dat probeert hetzelfde rendement te behalen als een bepaalde beursindex. Om dit te bereiken belegt het indexfonds in dezelfde samenstelling aan aandelen/obligaties zoals die terug te vinden is in de beursindex.

Door te beleggen in een indexfonds loop je minder risico dan wanneer je actief belegt. Daarnaast is het vaak goedkoper. Door middel van indexbeleggen beleg je in de hele index die bestaat uit bijvoorbeeld 25 bedrijven en betaal je één keer transactiekosten in plaats van voor elke transactie apart.

Bij actief beheerde fondsen probeert de fondsmanager beter te presenteren dan de index. Hierdoor heb je kans op meer rendement, maar zijn de kosten ook hoger door de inzet van professionals en loop je meer risico. De VWRL is een voorbeeld van een actief fonds. Bij een passief fonds wordt de index precies gevolgd. De AEX-index of de S&P500 is een voorbeeld van zo’n passief fonds.

1.5 Beleggingsfondsen

Wil je niet zelf los aandelen of obligaties kopen? Dan kun je beleggen via een beleggingsfonds. Dit is een beursgenoteerd fonds waarin het geld van meerdere beleggers is samengevoegd en waarbij de portefeuille wordt beheert door experts. De fondsmanager koopt met gezamenlijke inleg beleggingen aan die vaak verspreid zijn over verschillende beleggingsfondsen, in zowel aandelen als obligaties, over regio’s/landen, thema’s en sectoren over de hele wereld. Het voordeel van deze spreiding is dat je minder risico loopt op verlies en meer kans maakt op rendement.

Er zijn drie verschillende soorten beleggingsfondsen. Het aandelenfonds, het obligatiefonds en het vastgoedfonds.

Aandelenfonds

Zoals je zelf kunt beleggen in één enkel of een paar aandelen kan je via een aandelenfonds in meerdere aandelen tegelijk beleggen. Het is een verzameling van allemaal losse aandelen die vooraf zijn samengesteld door experts.

* Een voorbeeld van een aandelenfonds is het ASN Duurzaam Aandelenfonds.

Obligatiefonds

Als je investeert in een obligatiefonds beleg je in meerdere obligaties tegelijk. Dit kunnen zowel bedrijfsobligaties als staatsobligaties zijn. Ook dit is een verzameling van allemaal losse obligaties die vooraf zijn samengesteld door experts.

* Voorbeeld van een obligatiefonds is Robeco Euro Government Bonds FH EUR.

Vastgoedfonds

Via een vastgoedfonds kun je beleggen in onroerend goed projecten. Hierbij kun je denken aan winkelcentra, kantoorgebouwen of een enkele kantoorruimte. Zo kun je geld verdienen aan de huur of als een pand meer waard wordt door bijvoorbeeld een verbouwing. Ook keren deze fondsen vaak redelijk stabiel dividend uit, dit doordat huurinkomsten een stabiele vorm van inkomsten zijn.

* Een voorbeeld van een vastgoedfonds waarbij het risico gespreid is door wereldweide spreiding is Robeco Sustainable Property Equities.

Het beleggen in een beleggingsfonds, welke vorm je ook kiest, heeft als voordeel dat je beleggingen gespreid worden en deze hierdoor minder risico lopen. Het nadeel bij een dergelijk fonds is dat je geen keus hebt in de precieze aandelen, obligaties of vastgoedprojecten waarin je investeert.

2. Sparen

2.1 Spaardeposito

Als je jouw geld voor langere tijd kunt missen kun je kiezen om een spaardeposito te openen. Hierin zet je het geld voor een vaste looptijd vast. De precieze termijn verschilt per deposito en kan variëren van een paar maanden tot een paar jaar, tot soms zelfs tien of twintig jaar. De looptijd ligt maar net aan hoe lang jij je spaargeld kunt missen. Voordeel van een deposito is dat je in ruil voor deze langere looptijd vaak een hogere rente krijgt. Door de vaste aard kan je hierdoor rekenen op een gegarandeerd rentebedrag per jaar. Het nadeel is dat je gedurende de looptijd vaak geen geld bij kunt storten in of op kunt nemen uit het deposito.

In geval van nood kun je dus niet meteen bij je geld. Heb je het geld echt nodig? Dan betaal je vaak een boete over het op te nemen bedrag. Mogelijke uitzonderingen hiervoor zijn werkloosheid of overlijden. Deze uitzonderingen verschillen per bank en zijn terug te vinden in de voorwaarden van je bankproduct. Het geld dat op je spaardeposito staat is relatief veilig. Al zijn door de lage rente op spaarproducten ook de rendementen op deposito’s erg laag, waardoor het moeilijk is om je koopkracht te bewaren of te vergroten.

2.2 Spaarrekening

Om geld te sparen kun je dit op een spaarrekening zetten. Er zijn verschillende spaarrekening vormen met ieder zijn eigen voorwaarden.

Flexibele spaarrekening

Zo is er de flexibele spaarrekening waarin je vrij kan inleggen en weer opnemen op ieder moment dat het jou uitkomt. Op deze spaarrekening krijg je een variabele rente die vaak één keer per jaar wordt uitbetaald. Doordat de rente variabel is kan deze fluctueren en is er geen garantie op een bepaalde rente opbrengst. Sparen op een flexibele spaarrekening is voor iedereen geschikt. Hier zit geen minimale inleg of termijn aan vast.

Spaarrekening met extra voorwaarden

Naast de flexibele spaarrekening heb je spaarrekeningen met extra voorwaarden. Als je minder flexibel hoeft te zijn kan dit aantrekkelijk zijn, je ontvangt namelijk vaak een hogere rente. Daar staan dan wel beperkende voorwaarden tegenover. Vaak hebben deze rekeningen een minimuminleg die kan variëren van €2.000,- tot €25.000,-, of moet je elke maand een minimumbedrag inleggen. Ook maak je afspraken met je bank over de termijn dat je spaargeld vast staat. Als je het eerder wilt opnemen betaal je vaak een boete, enkele uitzonderingen daar gelaten.

Het geld dat op je spaarrekening staat is relatief veilig. Toch zit er een klein risico aan sparen. Door de huidige lage rente en het effect van inflatie kan het zijn dat je spaargeld op termijn minder waard wordt waardoor je koopkracht verliest. Omdat je door inflatie in verhouding minder voor je geld kan kopen dan bijvoorbeeld een jaar geleden. Een ander nadeel is dat een flexibele spaarrekening op dit moment bijna geen rente oplevert gezien de lage rentepercentages. Het voordeel van sparen op een spaarrekening is dat je een buffer opbouwt voor onvoorziene omstandigheden of bijvoorbeeld een reis die je wilt gaan maken. En je kan (bijna) altijd meteen bij je spaargeld.

3. Vastgoed

3.1 Vastgoed aankopen voor verhuur

Wil je in vastgoed investeren? Dan kun je naast het beleggen via een vastgoedfonds ook zelf hierin investeren. Je kunt bijvoorbeeld zelf een pand kopen en deze verhuren. Door de maandelijkse verhuur inkomsten kun je de maandelijkse hypotheekkosten uitgaven dekken én hou je, als je het goed doet, nog rendement over.

Als je een pand wilt aankopen voor verhuur en hier een hypotheek voor wilt afsluiten gaat het om een hypotheek speciaal voor beleggingsobjecten. Zowel particulieren als bedrijven kunnen gebruik maken van deze hypotheekvorm. Vastgoed aankopen voor de verhuur is een investering voor de langere termijn en brengt risico met zich mee. Daarnaast is het een minder liquide belegging dan een vastgoedfonds of een indexfonds. Wel levert het vaak een stabiele vorm van rendement op door de inkomsten uit verhuur.

3.2 Hypotheek aflossen

Heb je veel spaargeld? Dan kun je bijvoorbeeld een deel gebruiken om je hypotheek af te lossen. Bij een hypotheek gaat het vaak om een groter bedrag dan bij een consumptief krediet zoals je verderop zult lezen, waardoor je het waarschijnlijk niet in één keer kunt aflossen. In dit geval zal het dus gaan om een extra aflossing.

Vaak kun je jaarlijks een deel van je hypotheek vergoedingsvrij aflossen. Er zijn hierbij een aantal factoren om rekening mee te houden en na te gaan of het je daadwerkelijk iets gaat opleveren op de korte termijn. Kijk daarom goed naar de voorwaarden en vorm van jouw hypotheek. Als je jaarlijks een bedrag van bijvoorbeeld € 5.000,- aflost maar dit je maandelijks niets oplevert, is het wellicht verstandig om je geld ergens anders in te investeren of jezelf bijvoorbeeld iedere maand wat extra’s te geven zodat je meer financiële vrijheid hebt. Daarnaast kun je door een extra aflossing fiscaal nadelig uitkomen.

3.3 Waarde toevoegen door verbouwing

Je kunt ook je spaargeld investeren in je huis door bijvoorbeeld een verbouwing. Een nieuwe keuken, een dakkapel, aanbouw, zonnepanelen of het vervangen van de jaren 50 badkamer kunnen waarde toevoegen aan je huis. Kortom meer comfort, kostenbesparende aanpassingen of meer vierkante meters.

Investeren brengt altijd een risico met zich mee, zo ook verbouwen. Toch is het aannemelijk dat je het huis met meerwaarde kunt verkopen als je verbouwing verbeteringen aan het huis heeft opgeleverd. Deze vorm van investeren levert je pas iets op als je het huis daadwerkelijk met winst verkoopt. Geduld is hierbij dus ook een schone zaak. Ook is het belangrijk welke keuzes je maakt bij de verbouwing.

4. Crowdfunding / p2p lenen

Op dit moment is crowdfunding of peer-2-peer lenen een populaire manier van investeren. Via crowdfundingswebsites kunnen bedrijven of individuele personen steun vragen voor een bepaald project. Als investeerder kun je investeren in deze projecten. Dit geïnvesteerde bedrag wordt vaak in maandelijkse termijnen met rente aan je terug betaald. Het rendement dat deze investering je kan opleveren is zo’n 5 tot 10% van het geïnvesteerde bedrag.

Het risico dat het bedrijf of de persoon aan wie je geld leent het bedrag niet of niet helemaal kan terug betalen is er echter ook. Het advies van de Autoriteit Financiële Markten(AFM) is om nooit meer dan 10% van het vrij belegbaar vermogen in crowdfunding te investeren. Hoe hoog het bedrag is dat je kan investeren ligt aan het project dat je wilt crowdfunden. Ook de termijn van je belegging verschilt per project.

5. Beleggen in schaarse goederen

5.1 Goud

Goud is een edelmetaal, is enorm waardevol en wordt voor veel verschillende productieprocessen gebruikt. Je kunt op verschillende manieren beleggen in goud. Zo kun je fysiek goud aankopen, bijvoorbeeld in de vorm van een goudbar of een gouden munt. De waarde van het goud hangt af van de goudprijs en kan fluctueren. Het nadeel van deze vorm van investeren is dat het niet meteen rendement of dividend oplevert. Het is een belegging die niet voor jou aan het werk is, het past daarom bijvoorbeeld ook niet binnen de ‘value-investing’ strategie. Je krijgt er immers pas wat voor terug als je het goud voor een hogere prijs verkoopt als waarvoor je het hebt gekocht.

Wel is het zo dat goud door de jaren heen een uitstekende belegging is gebleken om je koopkracht in te bewaren. Daarnaast kan beleggen in goud minder risicovol zijn dan in sommige aandelen, omdat de grondstof schaars blijft en er jaarlijks maar een klein percentage nieuw gedolven wordt.

Je kunt ook een ETF aankopen en op die manier beleggen in goud. De EFT volgt de index. Bij stijging maak je winst, bij een daling verlies. Voor beide investeringsvormen moet je rekening houden met de correlatie van de goudprijs met de Amerikaanse Dollar. Daalt de dollar in verhouding met de euro? Dan wordt jouw goud ook minder waard.

5.2 Bitcoin

Een bitcoin is een vorm van digitaal geld. Bitcoin deelt veel eigenschappen met goud. Zo is het schaars (er zijn er maximaal 21 miljoen) en wordt het door beleggers gebruikt voor waardeopslag.

De waarde van de bitcoin kan sterk fluctueren en is geheel afhankelijk van vraag en aanbod. Het sparen in de vorm van bitcoins brengt risico met zich mee. Er zijn geen organisaties als de AFM die hier toezicht op houden en ook valt je spaargeld niet onder het depositogarantiestelsel zoals bij veel banken. Zijn je bitcoins weg, dan is je geld ook echt weg.Het beleggen in cryptogeld is ingewikkeld en niet voor iedereen geschikt.

5.3 Kunst

Sparen door middel van een investering in kunst kan, maar is een vak apart. Hierdoor is het alleen geschikt voor degene die hier veel verstand van hebben. De waarde van kunstobjecten wordt bepaald door vraag en aanbod en kan hierdoor enorm fluctueren. Het kopen van kunst is vaak makkelijker dan het verkopen ervan. Het nadeel van deze vorm van investeren is dat het niet direct rendement oplevert, dit gebeurt pas als je het weer verkoopt voor een hogere prijs dan de aanschafwaarde. Vanaf welk bedrag je kunt beginnen met deze vorm van investeren ligt er helemaal aan in welke vorm, welk thema en in welke grote van kunst je wilt investeren. Investeren in kunst is een minder liquide belegging omdat het vaak maar om 1 exemplaar gaat.

5.4 Whisky/wijn

Een andere manier om je vermogen op een constante manier te laten groeien in door te investeren in whisky of wijn.

Wijn

Om te investeren in wijn is het belangrijk dat je ook echt een wijnliefhebber bent en er een beetje verstand van hebt. Je koopt geen fles wijn om het 100 jaar later voor een vertienvoudiging van de prijs te verkopen. Als wijn eenmaal gebotteld is verliest hij kwaliteit, je kunt het dus niet jaren bewaren. Als je eenmaal de juiste fles hebt gevonden moet hij nog op de juiste manier bewaard worden om na een aantal jaar nog van goede kwaliteit te zijn. Wanneer hij rijp is? Dan kan niemand zo zeggen, iedere wijn is weer anders. Je kunt zelf eens in de zoveel jaar een fles openen om hem te proeven en te kijken of hij verkoop klaar is. Deze vorm van investeren is niet voor iedereen weggelegd en vraagt veel geduld. Het levert immers pas op de lange termijn rendement op, maar het kan ook zijn dat je verlies lijdt.

Whisky

Investeren in whisky kan op twee manieren, door één of meerdere flessen te kopen of een vat. Hoe langer het in een vat zit, hoe meer het kan rijpen en hoe waardevoller de whisky wordt. In tegenstelling tot wijn blijft Whisky constant van kwaliteit als het eenmaal in de fles zit.

Als je in whisky gaat investeren is het goed te letten op de leeftijd, de zeldzaamheid, de verkrijgbaarheid van het merk en de soort. Allemaal factoren die zorgen voor een hogere prijs. Nadeel van deze vorm van investeren is dat het niet meteen rendement oplevert. Je krijgt er immers pas meer voor terug als je de flessen of vaten tegen een hogere prijs verkoopt dan dat je ze hebt aangekocht. Geduld is hierbij een schone zaak. Daarnaast heb je voor het investeren in vaten een grote portemonnee nodig, waardoor het niet heel toegankelijk is.

* Via de World Whisky Index kun je beleggen in Schotse Whisky.

6. Schulden afbetalen

Heb je zowel schulden als spaargeld? Dan kan het voordelig zijn om een deel van je schulden af te betalen met je spaargeld. Bij een consumptief krediet betaal je bijvoorbeeld vaak een hoge rente terwijl je op dit moment een lage rente krijgt over je spaargeld.

Rekenvoorbeeld

Anne heeft € 40.000,- spaargeld en ontvangt hier 0,05% rente op. Daarnaast heeft ze een schuld van € 15.000,- waarover ze 6% rente moet betalen.Over het spaargeld ontvangt ze € 20,- spaarrente. Daarnaast betaalt ze € 900,- kredietrente over haar schuld. Sparen en lenen tegelijk kost Anne in dit geval € 880,- en daar komt de eventuele belasting over het bedrag boven het heffingsvrije vermogen nog bovenop.

Door haar spaargeld te gebruiken om haar lening af te lossen krijgt Anne minder rente over haar spaargeld, na aflossing € 12,50, maar zonder schuld hoeft ze ook geen € 900,- aan kredietrente te betalen. En ze komt door de aflossing onder het heffingsvrij vermogen uit, waardoor ze ook geen belasting hoeft te betalen over haar spaargeld en ze voordeliger uit is.

Zoals je hierboven hebt kunnen lezen kun je ook een gedeeltelijke extra aflossing doen op je hypotheek. Hierbij gaat het echter vaak over veel grotere bedragen en maak je veelal andere overwegingen. Zie kopje hypotheek aflossen.

Algemene tips

Zorg voor een potje voor noodgevallen

Zorg altijd voor een financieel potje waar je op terug kunt vallen in geval van nood. Het is belangrijk dat je snel over deze financiële buffer kan beschikken, daarom is het goed om dit op een vrij opneembare flexibele spaarrekening te zetten.

Diversifieer!

Heb je veel spaargeld en wil je dit investeren? Zorg er dan voor dat je diversifieert, ofwel spreid. Door je investeringen te spreiden, spreidt je ook het risico dat je met de investeringen loopt. Als er iets gebeurt en je hebt al je geld op dezelfde plek geïnvesteerd is de kans op verlies groter dan als je jouw geld op verschillende plekken hebt geïnvesteerd. Het rendement van de ene investering kan het verlies van de andere dan eventueel opvangen.

Risico beperken? Dollar Cost Averaging

Als je gaat beleggen wil je zo min mogelijk risico lopen. De strategie die je hiervoor kunt gebruiken is Dollar Cost Averaging. Hierbij bouw je jouw portfolio op door op regelmatige basis op verschillende momenten voor hetzelfde bedrag in te leggen. Het maakt hierbij niet uit welke prijs het aandeel heeft. Als de prijs hoog is kun je als belegger maar enkele aandelen kopen. Als de prijzen dalen kun je meer aandelen kopen. De gemiddelde prijs per aandeel daalt hierdoor, waardoor deze strategie op de langere termijn winst kan opleveren tegenover het in één keer inleggen van een groot bedrag.

In dit artikel vindt je een voorbeeld berekening van Dollar Cost Averaging.

Dit artikel is geschreven door Rebecca ter Mors

SEO-tekstschrijver, blogger, communicatieadviseur en social media manager bij haar eigen bedrijf.

LinkedIn